Grit! Meerdaalwoud

  • slide_1
  • slide_2
  • slide_3
  • slide_4
  • slide_5
  • slide_6
Afstand

93 kilometer

Offroad

72 %

Hoogtemeters

1000 meter

Moeilijkheidsgraad

Hoog

Routebouwer

Pieter Stockmans

GPX-bestand Download GPX

Race nu al over heilige WK-grond

In het najaar van 2024 strijkt het officiële Wereldkampioenschap Gravel van de UCI neer in en rond ‘de Brabantse Wouden’. Het Meerdaalwoud is erbij. De toekomstige wereldkampioen gravel kan in jouw wielsporen rijden, want Grit! bouwde de ultieme Meerdaalwoud-gravelroute. Een route, ‘built to race’, die je 93 km lang adrenalinekicks geeft in de nostalgische graveltraditie en koersgeest.

Het nieuws doet menig Vlaams gravelhart sneller slaan: in het najaar van 2024 strijkt het officiële Wereldkampioenschap Gravel neer in Vlaams-Brabant. ‘De wedstrijden zullen plaatsvinden in de Brabantse Wouden, een bosgebied ten zuiden en oosten van de hoofdstad Brussel’, maakte de UCI op 22 september bekend op Instagram.


Brabantse Wouden? Dat zijn het Hallerbos, het Zoniënwoud en het Meerdaalwoud. Afgelopen zomer lanceerde Grit! al de Kolenwoudroute die uitgerekend door deze 3 bossen trekt. Nu zoomen we stevig in op het Meerdaalwoud, de parel ten zuiden van Leuven.

De Kolenwoudroute trekt vooral over grillige paden. Maar de voorbije weken, maanden, jaren zijn we altijd blijven broeden op de ultieme Meerdaalwoud-gravelroute met voornamelijk snelle gravelpaden (ook al is wat profiel op de banden geen overbodige luxe).


Built to race

Na 3 jaar routes uitstippelen in het Meerdaalwoud kennen we er mooie combinaties van grindpaden, combinaties die je het beste gevoel op de fiets geven. Dit moet ze worden, dé Meerdaalwoud-gravelroute. Gebouwd om te racen aan 30-40 km/u over grind. In de nostalgische traditie en koersgeest: kilometerslang kaarsrecht in graveltrance. Als je over deze paden scheert, kan je je inbeelden dat hier een koers zou passeren.

De route maakt ook 2 pittige uitstapjes naar de open velden van het Dijleland ten westen en de Ardennes Brabançonnes ten zuiden van het woud. Over grilligere grind-, kassei- en hollewegen waar je gemiddelde snelheid zal dalen. En zo kom je uit bij 93 kilometer en 1000 hoogtemeters.


Moeten we nog zeggen dat dit woud in de vroege herfst magisch mooi is? Als je vertrekt op een koude, zonnige herfstochtend ben je er getuige van de penseelstreken van zonnestralen die door de bomen en over de ochtendmist heen een goddelijk schouwspel creëren. Je rijdt in gesloten kamers van een feeëriek verlichte kathedraal over verkleurende bladeren en natte bodems. In die setting door de bossen crossen: pure adrenaline.

 

Dijlevallei: landschapsschilderij

Start: Zoete Waters, Oud-Heverlee. De rand van het woud. Maar we geven het niet meteen prijs. Eerst moet je het Dijleland door. Aan de andere kant van de Dijle klimt een diep in het landschap ingesneden holleweg de velden in. Kasseien, grind, kiezels, aarde: je krijgt het op een paar 100 meter allemaal onder de wielen.


Boven: wauw-gevoel. Bomentunnel geeft uit op weidse horizon. Hier en daar een plukje bos. Deze Huldenbergse velden waren ooit, in de tijd van het mythische Kolenwoud, allemaal bos. Maar ze zijn zo mooi dat je 5 km lang door een landschapsschilderij rijdt.


Opnieuw: opeenvolging van kasseien, grind, kiezels, aarde. Dit stukje Huldenberg golft trouwens op en neer. Dat weten we sinds het WK van 2021 heel goed, toen de Vlaams-Brabantse gemeente officieel WK-dorp was.

Mommedeel: hoogste punt

Het uitstapje naar Dijleland was een opwarmer. In het natuurgebied de Doode Bemde, met een korte passage die wat modderig kan zijn, steek je de rivier opnieuw over en dan is het zover: de ontsnapping in het woud. Je zal er de komende 20 km niet meer uit komen.

Langendaalstraat: eerste grindstreep van 3 km. Bocht van 90 graden naar rechts. Margrietenpad: tweede grindstreep van 3 km. Bocht van 90 graden naar links, verschillende kortere stukken rechtdoor in het Mollendaalbos, zoals het Meerdaalwoud aan deze kant van de Naamsesteensweg heet.


Het Meerdaalwoud ligt op een sterk golvende ondergrond hoog boven de Dijlevallei. Tussen het laagste en hoogste punt liggen stevige bosbeklimmingen. Van de brug over de Dijle in de Doode Bemde tot hier ben je omhoog aan het rijden. Milde stijgingspercentages. Maar het laatste knikje richting Mommedeel, het hoogste punt van het woud op 110 meter hoogte, bereikt hellingsgraad 7 %. Ideaal voor een eerste krachtexplosie.

Op de top staat een hut. Een eerste rustpunt, want hier heb je het woud van west naar oost helemaal doorkruist.


Weertsedreef: kathedraal

Om je te laten voelen dat het woud juist dáár stopt waar het reliëf naar beneden gaat, dalen we naar het eeuwenoude Bordingenhof aan de rand van het bos. Vanaf deze monumentale Brabantse vierkantshoeve klim je het woud via de Sint-Joris-Weertstraat weer in. Dat is zowaar een Climbfinder-klimmetje op asfalt, kasseien en grind. Daarvoor kan je, als je wil, even op krachten komen in het gezellige eetcafé In De Molen in Bierbeek.

Tijd voor de volgende dwarsdoorsnede, deze keer van oost naar west over de Weertsedreef: de derde grindstreep, een grootse kathedraal waar de bomen zuilen zijn. De brede grindpaden door de bomendreven zijn monumentaal en in de herfst bedekt onder een dik bladerdek.

Op je gps-toestel zie je dat de eerstvolgende afslag pas 6 km verderop komt. En dan weet je: vlammen. Rechtdoor betekent niet biljartvlak. Integendeel, de rechte dreef golft op en neer. Wat een fenomenaal racegevoel als je stevig doortrekt op de hellingen, om vervolgens naar beneden te suizen.


Ardennes Brabançonnes: le coin perdu

We staan weer in het westen. Van hier duiken we over een diep ingesneden zandpad zuidwaarts de Ardennes Brabançonnes in. ‘Duiken’ mag je hier bijna letterlijk nemen, want de Waalse flanken van het woud zijn redelijk steil. Het dorpje Nethen aan de rand ligt meteen 60 meter lager.


Dit Waalse uitstapje zal 25 km duren, maar al na een paar kilometers voel je waarom deze streek naar de Ardennen werd vernoemd. Hellingen pittig, paden grillig, maar ook: landschappen zo landelijk dat je er nostalgisch van wordt. ‘Un coin perdu’, aldus een oud dametje in Bossut dat me eens depanneerde.


Er zijn vele verloren hoeken in de golvende velden van Nethen, Pécrot, Bossut, Archennes, Grez-Doiceau, Gottechain en Hamme-Mille. Na deze kleine staalkaart van het mooiste dat de streek op gravelgebied te bieden heeft, klim je opnieuw Vlaanderen binnen.

Dat is een diamant van een klim, goud als de zon zijn stralen door het bladerdak stuurt. Hij is is het voorspel op de beklimming van de Tomberg, het tweede hoogste punt van het woud op 102 meter hoogte.

Tomberg en Prosperdreef: hoogtepunt

En dat doe je… rechtdoor. Want hier begint misschien wel het hoogtepunt van de route: Prosperdreef, vierde grindstreep van nog eens 6 km rechtdoor. Op en neer. Afdaling van de Tomberg: kilometerslang vliegen over grind. Gravelracen geeft je zelden méér adrenalinekicks dan hier. En wat een contrast met het grillige draaien en keren over de Waalse grens.



Aan de hut in het Arboretum van Heverleebos (waar je 200 meter verderop Brasserie 500 vindt voor een pitstop) heb je het woud weer eens doorkruist, van zuid naar noord deze keer. Nu gaan we 10 km lang Heverleebos uitkammen.

Aan het Kasteel van Arenberg, de Duitse adellijke familie die van 1618 tot 1918 eigenaar was van het Meerdaalwoud en Heverleebos, steek je voor de derde keer de Dijle over.


Ormendaalpad: gravelklassieker

We komen helemaal hierheen zodat jij de sensatie kan ervaren van 5 km lang biljartvlak racen over de fluistergravel van Langestraat/Ormendaalpad, een van de gravelklassiekers onder de grindwegen van deze streek. De finale is ingezet. Schakel naar je grootste verzet en laat de benen werken.



Na vlak volgt steil. Door een geïsoleerd hoog boseilandje klim je aan 10% naar het dorpscentrum van Oud-Heverlee, enkel en alleen om je de échte finale cadeau te kunnen doen: Kapellendreef. Aan 8% suizend naar beneden duiken tot het bos uitgeeft op de vijvers van Zoete Waters. Je bent er!


De après-bike kan je starten in ‘openluchtcafé Minnebron’: de enige natuurlijke bron met drinkbaar water in de streek. Open 24/7, de enige drinkbare bron in de omgeving, loepzuiver recht uit de bosgrond. Daarna heb je de gelegenheden voor het uitkiezen: cafés, restaurants, brasseries, ijssalons, frituren. Wat kan de gravelaar nog meer wensen?

Leuke adresjes:

* In de Molen, Dorpsstraat 14, Bierbeek (op km 26 van de route)
*
Brasserie 500, Naamsesteenweg 500, Heverlee (op km 69 van de route)
*
Frituur ’t Zoet Water, Maurits Noëstraat (bij de aankomst)
*
nICE, Maurits Noëstraat (bij de aankomst)
*
Brasserie Saint-Jean, Maurits Noëstraat (bij de aankomst)

Kaart

" width="100%" height="680" frameborder="0" scrolling="no">