De Nieuwe Kaai langs het Kanaal Dessel-Schoten ligt er midden april rustig bij. Niets wijst erop dat hier op 1 mei het kot allicht te klein zal zijn. Of toch: langs de waterkant staat een bordje van het BK Gravel, met een soort stierenkop gemaakt uit een zadel en een koersstuur. Bedoeld als fotoplaatje voor iedereen die hier op verkenning komt. Ook ik kan de lokroep niet weerstaan om mijn gravelbike even tegen het paaltje te zetten en een beeldje te schieten vooraleer ik me het parcours op waag. Klik en nu: en route!
Een blik op de kaart onthult al dat de lus van zo’n 53 kilometer weleens eentje voor tempobeulen kan zijn, met kilometerslange rechte stukken, dwars door het vlakke Kempenland. Een eerste gravelstrookje komt er al vlug na de start aan de Nieuwe Kaai aan. Al tref ik de eerste echte stroken van belang pas aan na de eerste kilometers langs het jaagpad. De tweede grindstrook van de dag herbergt een paar diepe putten en een strookje met grote brokstukken, die niet zonder gevaar zijn wanneer je er in volle vaart én in peloton naartoe dendert. Opletten is hier meteen de boodschap.
Ook de volgende stroken in noordelijke richting zouden tijdens de race weleens zwaar op de maag kunnen vallen. De offroad secties zijn hier vrij zanderig. Vandaag liggen ze er goed bij: het heeft nog niet zo gek lang geleden geregend. Maar als het de komende dagen droog blijft, dan zal het zand extra mul worden en mag je met zekerheid wat extra wattages uit je dijen schudden om hier vooruit te komen.
Na de eerste lange rechte grindstroken, wordt er in de buurt van het vliegveld van Weelde iets meer gedraaid en gekeerd. Al gebeurt dat veelal op rustige asfaltwegen. Maar wanneer ik de bossen rond Ravels induik, is het opnieuw al rechte bosdreven wat de klok slaat. Het is een heerlijk gevoel om je hier plat te leggen en het gaspedaal in te drukken met de wind in de rug. De gravelpaden liggen er hier formidabel bij.
Pal in de helft van de route, na 25 kilometer, volgt dan toch even een tricky strookje. Een weggetje dat helemaal kapot werd gereden door tractoren en waar zich diepe sporen en plassen hebben gevormd. Via een klein paadje op de linkerkant voorkom ik natte voeten, al vergt het wat stuurmanskunst om toch niet in de sporen terecht te komen. Dit zou zeker tijdens de eerste passage weleens een chaotisch momentje kunnen worden.
Via natuurgebied Hoge Vijvers gaat het nadien in rechte lijn richting Nederlandse grens. Naast een zandweg van drie kilometer lang loopt een perfect grindpaadje. Even afstappen voor een foto bij het bordje ‘Tafelberg’ zal er tijdens de wedstrijd allicht niet inzitten, daarom doe ik het nu maar. Hier valt het me op hoeveel gravelbikers er langskomen. Ongetwijfeld ben ik vandaag niet de enige die zijn licht hier even komt opsteken met het oog op het BK. Het is een evenement dat de regio nog extra op de kaart zet, naast topeventjes als de Strada Campina, de Foxtown Gravel Ride. Plugplug Taxandria en wellicht nog een pak andere tochten die me nu niet meteen te binnen schieten.
Stilaan komt het Kanaal Dessel-Schoten weer in zicht en dus ook de ‘laatste rechte lijn’. Al is dat er wel eentje van zo’n veertien kilometer lang. De laatste kilometers van de lus lopen pal naast het water. Ik ben wat op mijn hoede voor de mogelijke eentonigheid van zo’n stroken, maar ik ben best aangenaam verrast. Na enkele kilometers verandert het brede grindpad in een singletrack met automatisch iets meer draaien en keren. Na een stukje verhard krijg ik weer een breed grindpad voor de wielen geschoven dat iets verderop toch opnieuw smaller en een tikkeltje modderig wordt. Ik ben intussen op twee kilometer van de streep.
Wanneer ik op de Nieuwe Kaai uit mijn pedalen klik, ben ik haast uitgedroogd. Ik was mijn bidon thuis vergeten – typisch – en ben dus maar wat blij wanneer ik een ijskoud blikje cola uit de koelkast van een snackbar kan halen. Op het terras zitten enkele gravelbikers na te kaarten. Zij vinden het parcours niet honderd procent geschikt voor een wedstrijd en vinden dat de parcoursbouwer hier in de streek iets mooier had kunnen uitstippelen.
Zelf treed ik de mannen niet echt bij. Ook al ben ik niet vies van wat klimwerk: ik vind de razendsnelle omloop best wel fijn. Op de zanderige offroad stroken in het begin van de lus kunnen al meteen scheurtjes ontstaan, terwijl de grote motoren hun pk’s kwijt kunnen op de kilometerslange rechte grindostrades en bosdreven. De natuurlijke selectie zal zich sowieso vanzelf inzetten. Een finale met veertien kilometer langs een kanaal vind ik wat ‘overkill’, al koers je natuurlijk niet mee om aan sightseeing te doen. En nagenoeg overal liggen de offroad stroken er prima bij. Goed te doen met gravelbanden van maximaal 40 millimeter breed en een profiel voor licht, droog gravel.
De goesting om op 1 mei mijn limieten even af te tasten, is er na de verkenning niet kleiner op geworden. Een portie gezonde stress is ook al aanwezig. Aftellen naar 1 mei dus!
Meer info over het BK Gravel vind je op de website van de organisatie.